De odewiedewadde

Iemand aanwezig die iets van insecten weet? Veel vliegvissers doen dat toch wel, meen ik. Toch zullen weinigen van ons ooit gehoord hebben van… Nu ja, zélden gehoord hebben van een insect dat luistert naar de naam ‘odewiedewadde’. Ik toevallig wel: de odewiedewadde is een heel erge engerd onder de insecten. Maar dat dacht u vast al. En de gegeven naam roept weinig elegants op.

Het is een griezel, een creep, en volgens velen gezonden door de duivel zelf. Wie denkt dat de odewiedewadde alleen buiten in de vrije natuur aan te treffen is, die vergist zich. De odewiedewadde komt veel vaker bij ons thuis voor dan we denken. Je ziet ze wel buiten hoor, maar ze zijn erg schuw. Dus dan is het: ritsel de ritsel. En weg is-ie. Vanaf nu zal ik de odewiedewadde aangeven door een simpele ‘O’, want ik krijg de zenuwen van dat getyp, ehhh van dat geodewiedewad…
De O nu, is een graag geziene gast in gootsteenkastjes, douchecabines, het toilet en vooral niet te vergeten: het kolenhok. Verder dient men te denken aan kieren en reten (nee, geen zorgen, niet die van onszelf) en donkere krochten waar het in principe wat muf riekt. Vouwen in de tent tijdens het kamperen, daar schijnt hij ook nogal eens voor te komen. En onder het grondzeil. Dus ook waar wij vroeger de aardappels opsloegen, en zoals gezegd, de kolen. Onder het bed wil-ie ook nog wel eens opduiken en niet te vergeten, hoewel zeldzaam, aan het plafond. En wel daar, op díe plaats – u heeft hem – dat wannéér-ie valt nadat u verschrikt het licht aanfloept, hij, ja hoor precies, op uw gezicht plepst. Want de O kan er wat van. Ook zonder parachute. Het dier is door de eeuwen heen door de wol geverfd van het gegil. Ze ruiken trouwens ook niet erg plezant. Voor ons vliegvissers is het wat spijtig: een goed bindpatroon is er niet van de O. Hoewel veel voorkomend, het ís er niet. Misschien moeten enkele creatievelingen onder ons zich hier maar eens mee bezig gaan houden… Misschien een O-bindwedstrijd?

U zult zich misschien afvragen: waar heeft die mafketel van een Swier dit insect nú weer vandaan getoverd?. Want wij hoorden er nog nooit van. Dat kan kloppen. De O is een biologische ontdekking van onze familie. Waar Darwin nimmer over repte, werd vele jaren later ontdekt door mijn moeder. Een kordate vrouw, mijn tweede moeder. Tante Do dus, was ook niet voor veel bang. Noch ging ze er voor op de loop. Alleen – u heeft hem – voor de odewiedewadde. Tante Do nu, had een diep ingeprente angst voor de oorwurm, de pissebed, de zwarte renspin. Als ze er, zich proper door het huis bewegend, een tegenkwam, dan riep ze niet ‘oh bah, een oorwurm’, maar nee, de hulpkreet schalde dan luid en duidelijk door het huis: ‘Hennie, Aad, Ad een ODEWIEDEWADDE!’ Wij wisten dan wat ons te doen stond. Er stond een van ons een heroïsch gevecht met de odewiedewadde te wachten… Waarvan akte.

Zo, ’t was niet m’n beste Swierigkeiten. Maar dat heeft best een reden. Ik stop met Swierigkeiten. Na al die jaren en vele verhaaltjes. Swierigkeiten is ooit ontstaan door de column van Nick Lyons in het Amerikaanse blad Fly Fisherman. Die column heette trouwens Seasonable Angler. Ik las die altijd het eerst. Nick nu was ook uitgever. Ik kreeg contact met hem en illustreerde een paar boekcovers die hij uitgaf. Nick schreef de column jaren achtereen. En toen kwam het: hij stopte ermee. De reden was, dat waar hij over schreef steeds dichterbij kwam. Het verleden was min of meer uitgeput.
Nou, zo is het dus bij mij nu ook. Het wordt steeds moeilijker een onderwerp te vinden dat binnen mijn kader van Swierigkeiten past. Overigens is de titel Swierigkeiten ooit bedacht door Bert Boshof. Hij werkte bij Reclameburo/studio Jaap Katers. Jaap was en is een goede (vis)vriend. Maar in die tijd moest ik nogal eens teksten of foto’s vergroten of verkleinen. En dat deed ik op/met Jaaps repro-camera. Als ik dan binnenstapte riep Bert: “Ohhhh, berg u…. Swierigkeiten!” Vandaar.

Wellicht dat sommigen van u mijn verhaaltjes wel konden waarderen. Dat hoop ik dan maar. Nee, ik ben nog niet weg. Maar voorlopig is het qua Swierigkeiten genoeg geweest. Het gaat u allen buitengemeen goed. Hou je haaks, blijf gezond en vang ze!

Ad Swier